Het vriest stenen uit de grond, maar toch moet er gewerkt worden. Echter warmte en koude bepalen onze prestaties. Sneeuw is mooi, maar ijs verhoogt de kans op uitglijden. Koude temperaturen kunnen ook vingers en tenen doen bevriezen of kunnen zelf tot onderkoeling leiden wanneer men niet meer in staat is om de eigen lichaamstemperatuur te regelen. Maar wat is er nu wettelijk geregeld?
De wetgever voorziet minimum temperaturen rekening houdend met de inspanningen die de werknemers moeten leveren. Belangrijk om weten is dat de vermelde temperaturen niet gemeten worden met een gewone thermometer. De temperatuur wordt gemeten met een vochtige globethermometer, welke niet alleen rekening houdt met de temperatuur, maar ook met de vochtigheidsgraad. Dit heeft als gevolg dat als de globethermometer 30° meet, dat een gewone thermometer 40° meet. Dit geeft dus een duidelijk verschil !
Gesloten werkplaatsen
Wanneer de temperatuur op de werkplaats daalt, wordt het meestal lastiger om het werk nog op optimale wijze uit te voeren. Dit algemene principe geldt zowel voor kantoorwerk, als voor zwaar lichamelijk werk (bv. in de bouw). De temperatuur vanaf dewelke de kou echter echt zware hinder teweegbrengt, zal wel degelijk verschillen naargelang het type werk. Ook de wetgever heeft rekening gehouden met dit principe. Art. 64 van het ARAB bepaalt de minimum temperaturen:
- Zeer licht werk – vb. receptioniste – minimum 20°C
- Licht werk – vb. administratief werk – minimum 18°C
- Halfzwaar werk – vb. verplaatsen pallets – minimum 15°C
- Zwaar werk – vb. staalconstructie – minimum 12°C
Werken in open lucht
Voor het werk in open werklokalen of in open lucht gelden er geen minimumtemperaturen. Tijdens de wintermaanden en vooral tussen 1 november en 31 maart voldoende verwarmingstoestellen op die plaatsen voorzien zijn. Zodra het kouder wordt dan 5° C of als de weersomstandigheden het vereisen, moeten deze toestellen ook effectief worden gebruikt (ARAB, art. 65).
Toonbanken buiten
Is het buiten kouder dan 5° C, dan mogen winkeluitbaters geen personeel tewerkstellen aan toonbanken of winkelbanken, buiten of nabij de winkel. Bij een buitentemperatuur van minder dan 10° C moeten deze werknemers beschikken over een voldoende krachtige verwarming of een andere mogelijkheid om zich geregeld te kunnen verwarmen. Ze mogen bovendien enkel werken op een plankenvloer, waardoor rechtstreeks contact met de grond wordt voorkomen en zij zoveel mogelijk tegen weer en wind worden beschermd. Het werk buiten de winkel is ook beperkt in de tijd (ARAB, art 66):
- niet vóór 8 uur of na 19 uur;
- niet langer dan 2 uur zonder onderbreking van minstens 1 uur;
- niet langer dan 4 uur per dag.
Aangepaste kledij en warme dranken
De werkgever moet dus in eerste instantie bepalen tot welke temperaturen hij zijn werknemers nog bepaalde activiteiten wil laten uitvoeren en vervolgens de meest geschikte uitrusting aankopen. Als hij kiest voor kledij die geschikt is voor temperaturen boven -5° C mag hij zijn werknemers dan ook geen activiteiten meer laten uitvoeren bij lagere temperaturen, ook niet in uitzonderlijke omstandigheden, tenzij hij andere, meer aangepaste kledij of extra onder kledij ter beschikking stelt.
Hierna volgen enkele handverwarmende tips voor uw werknemers:
- Draag dikke wollen sokken;
- Waterdichte veiligheidsschoenen met een kunststofplaat (metalen plaat zorgt immers voor koude overdracht) en met een goeie antislipzool;
- Om uw handen warm te houden is een ideale combinatie een wollen binnen handschoen met daarbovenop een waterdichte buitenhandschoen;
- Draag een muts onder de veiligheidshelm;
- Je kan oorbeschermers dragen (liefst in combinatie met de helm);
- Laat natte kledij onmiddellijk drogen maar hang ze niet op te dicht bij het verwarmingstoestel;
- En bij wanneer de buitentemperatuur onder 5° C daalt, hebben bouwvakkers recht op warme dranken;
- Gebruik gereedschap dat is voorzien van isolerend materiaal;
- Ook al eens gedacht aan heatpacks die via een chemische reactie warmte produceert en die je in je zak kunt stoppen.