Cijfers geven aan dat in België 5 procent van de werknemers in aanraking komt met seksuele intimidatie op het werk. Handtastelijkheden horen daar natuurlijk bij maar ook verbaal seksueel geweld is een vorm van intimidatie.

Ongewenst seksueel gedrag blijft moeilijk bespreekbaar en lastig te bewijzen. Het is vaak een kwestie van woord tegen woord. Optreden tegen collega’s vraagt al heel wat moed en tegen oversten is dat nog heel wat moeilijker. Betrokkenen houden daarom vaak hun mond, uit angst voor negatieve consequenties. Zo ontstaat een vicieuze cirkel, die een cultuur van stilzwijgen in stand houdt. Er is nood aan een klimaat waarin wie met ongewenst seksueel gedrag te maken krijgt, kan en durft te spreken. Daders hebben al te lang nauwelijks of geen gevolgen ondervonden van hun wangedrag.

De dader kan zowel een collega, een leidinggevende, een ondergeschikte als een derde zijn, bijvoorbeeld een klant aan de balie.

Subjectief of niet?

Ongewenst seksueel gedrag op het werk is elke vorm van ongewenst gedrag met een seksuele connotatie dat je waardigheid aantast of dat een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving creëert.

Ongewenst seksueel gedrag op het werk kan verbaal, non-verbaal en lichamelijk zijn.
Het ‘lastige’ aan seksuele intimidatie is dat het in vele gevallen gaat over een zeer subjectieve materie. Een ‘vuile mop’ onder collega’s, een dubbelzinnige opmerking over het zomers topje van de receptioniste of de stagiaire op een wellustige manier aanstaren en knipogen, zijn dat ongewenst intimiteiten? De ene zal vinden van niet, de andere zal vinden van wel. Subjectief of niet, iedereen moet zelf bepalen wat hij of zij al dan niet aanvaardbaar vindt. Dit is ook wettelijk zo bepaald.

Hoe omgaan met ongewenst seksueel gedrag?

Het is niet altijd makkelijk om de juiste manier te vinden om ermee om te gaan. De meeste slachtoffers reageren niet, wijten het probleem aan zichzelf of zoeken allerlei uitvluchten om zo weinig mogelijk in de buurt te moeten zijn van een bepaalde collega of leidinggevende. De beste aanpak blijft de assertieve aanpak:

  • Geef duidelijk aan dat je niet gediend bent met het gedrag, de uitspraken en/of de houding van de andere.
  • Duid aan welk gedrag storend of niet wenselijk is.
  • Doe dit op een rustige, respectvolle en correcte manier.
  • Blijf consequent en duidelijk, pas je houding en lichaamstaal aan aan je boodschap.

Hoe duidelijker de boodschap, hoe groter de kans dat het stopt. Je kan echter nooit volledig voorspellen hoe de andere zal reageren.

De vertrouwenspersoon

Indien de seksuele intimidatie echter niet stopt of je aanpak niet werkt, kan je verder beroep doen op de wettelijk bepaalde procedures bij agressie, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk. Neem hiervoor contact op met de preventieadviseur en/of vertrouwenspersoon binnen je bedrijf. Zij zullen je met raad en daad bijstaan. Hun contactgegevens vind je terug in het arbeidsreglement of de onthaalbrochure.

Voldoet de interne preventiedienst niet? Dan moet de werkgever aanvullend een beroep doen op een erkende externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW). Vind je ook daar geen gehoor? Dan kan je contact opnemen met de externe directie voor toezicht op het welzijn op het werk (arbeidsinspectie) bevoegd voor jouw regio. Gaat het intimiderende gedrag door, kan de zaak naar de arbeidsrechtbank of zelfs de correctionele rechtbank (bij zeer zware feiten) doorverwezen worden. Seksuele intimidatie kan overigens aanleiding geven tot ontslag om dringende reden.

Wetgeving

KB 17 mei 2007 betreffende de voorkoming van psychosociale belasting veroorzaakt door het werk, waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk.